Bart 
De Wever

De federale regering, onder impuls van eerste minister Bart De Wever en minister van Economie David Clarinval, kondigt de start aan van de werkzaamheden rond het plan MAKE 2025-2030. Dit strategische plan wil de Belgische industrie versterken door die te positioneren als essentiële motor van de nationale economische competitiviteit. 

Het plan past binnen het kader van het regeerakkoord en voorziet een nauwe samenwerking tussen het federale en het gewestelijke niveau, waarbij verschillende federale hefbomen worden ingezet op het vlak van fiscaliteit, arbeidsmarkt, energie, administratieve vereenvoudiging en rechtszekerheid. 

Een stuurgroep, dit jaar samen voorgezeten door de eerste minister en de minister van Economie, zal worden opgericht om het plan te coördineren. De eerste vergadering van de stuurgroep zal nog voor de zomer plaatsvinden. In deze groep zullen vertegenwoordigers zitten van de gewesten en van private actoren. Het voorzitterschap zal jaarlijks afwisselend worden waargenomen door de verschillende bestuursniveaus. De stuurgroep zal werkgroepen oprichten die  concrete maatregelen zullen formuleren om: 

• de competitiviteit te vrijwaren en de groei van de productiviteit te versnellen; 

• te investeren in veelbelovende sectoren; 

• de open strategische autonomie te consolideren. 
   

Bart De Wever, eerste minister: “De competitiviteit van onze ondernemingen is één van de prioriteiten van deze regering. Onze industrie bevindt zich momenteel in  moeilijk vaarwater. Daarom moeten wij snel werk maken van een daadkrachtig beleid. Het plan MAKE 25-30 stelt de federale overheid en de gewesten in staat daar samen als partners en op complementaire wijze aan te werken.”

David Clarinval, minister van Economie: “In een context van een onzekere wereldeconomie is het cruciaal om snel te handelen om de productiviteit en de competitiviteit van onze ondernemingen te versterken. MAKE 2025-2030 moet het gezicht worden van een ambitieus interfederaal plan om onze economie te herindustrialiseren. De strategische doelstellingen, die op hoog niveau worden bepaald, zullen moeten worden omgezet in concrete maatregelen die moeten toelaten om tegen het einde van de legislatuur de competitiviteit van België te versterken en zijn industriële basis te consolideren.” 

De werkgroepen zullen beschikken over een mandaat van zes maanden, dat een keer verlengd kan worden, om meetbare aanbevelingen te formuleren. Deze aanbevelingen zullen ter goedkeuring en opvolging worden voorgelegd aan de stuurgroep.